Koffiehuizen
Nu we het er toch over
hebben. Bijna elk koffiehuis wat pakweg tussen 1960 en 1980 in Amsterdam open was
heeft klandizie van mij gehad. Sloten koffie heb ik en mijn maten achterover
geslagen. Soms gepaard gaande met een echte Amsterdamse gehaktbal. We hadden de
ochtendschaft van kwart over negen tot half tien en ’s middags van half een tot
één uur. Als het erg koud was zaten we ’s morgens zonder het zelf te willen
iets langer in de warme zaak. Wat een ellende: zat je net in een goed gesprek
kon je weer naar buiten waar de vogeltjes fluiten? Nou, de vogeltjes floten
niet hoor. Het was tien graden onder nul! In die koffiehuizen ontstonden vaak
felle discussies over wat op de voorpagina van een groot landelijk dagblad
gedrukt stond. Het liefst ging ik naar de oude bruine koffiehuizen. Lekker
donker en goor. Zoals op de Westermarkt, hoek Jacob van Lennepstraat
Bilderdijkstraat, Albert Cuypstraat, Elandsgracht, en vele anderen. En
natuurlijk niet te vergeten koffiehuis 1890 op de Amstelveenseweg. Bijna
allemaal zijn ze verdwenen, behalve 1890, die zit er nog steeds. Andere
koffiehuizen zijn ervoor in de plaats gekomen maar daar heb ik niets mee. Daar
wordt te weinig koffie gedronken en teveel gerookt!
Brouwersgracht
Echte restauraties
van particuliere panden zijn zeldzaam omdat deze meestal niet te betalen zijn.
Of er moet een fikse subsidie beschikbaar zijn, dan wordt het een andere zaak.
Ik heb ze wel meegemaakt maar zoals gezegd zeldzaam. Op de Brouwersgracht
hadden we een pand wat geheel opgeknapt is. Ikzelf heb met ome Willem alle
bewerkelijke betimmeringen en deuren gemaakt. Aan de werkplaats weliswaar, maar
toch. Op het werk zelf zat weer een andere ploeg die de boel op zijn plaats
bevestigde. Een echt stuk restauratie.
Geldersekade
Zo ook op de
Geldersekade het trappenhuis van een pand gerestaureerd moest worden. Een
trappenhuis is erg bewerkelijk, want je komt nergens behoorlijk bij. Overal
moet je op een steiger werken, behalve bij de voordeur want dan sta je op de
begane grond. Vanaf de steiger konden we ook de peeskamertjes aan de overkant
van de kade goed in de gaten houden. De een hield bij hoeveel keer per uur er
iemand naar binnen ging. De ander zwaaide regelmatig naar de dames van plezier.
En een derde stond regelmatig met zijn duim tussen zijn wijs en middelvinger gebaren
te maken. Zo had ook hier een ieder zijn taak!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten