zondag 15 juni 2014

Koud en saai werk

Prinses Irenestraat
Bij een lyceum in de Prinses Irenestraat moesten we de plafondplaten onder de loopbrug en het afdak van de achteringang vernieuwen. Met ‘we’ bedoel ik Appie en mijzelf. Het was natuurlijk weer midwinter en precies in een tochtgat. God, wat hebben we daar een kou geleden. Het was altijd hetzelfde liedje, ’s winters buiten en zomers binnen. Die plafondplaten moesten losgeschroefd worden, tenminste wat er van over was moest verwijderd worden. Dan moest het houtwerk onder de naden zwart geverfd en drogen. Daarna werden er nieuwe witte platen tegen bevestigd. Met nieuwe schroeven. Het was er zo koud dat we allebei spontaan een hekel aan ons werk kregen. Van de conciërge mochten we alleen koffie halen als het schafttijd was. Tussendoor mocht niets genuttigd worden. Hij dacht zeker dat we scholieren waren. Maar hij zag niet dat wij buiten en zei binnen stonden. Dit werk staat me bij als intens koud, intens saai, kortom een kloteklus. Jaren later hebben we nog een loopbrug tussen twee gebouwen aangebracht. Maar dat was in de zomer. Toen het werk bijna klaar was moesten er toch nog een paar dingen aan de buitenkant van de brug gebeuren. Dat moest gedaan worden vanuit een hangladder die met een beugel boven in de goot hing. Ik heb het niet zo op die dingen. Je moet ze vertrouwen en dat deed ik niet. Maar uiteindelijk stonden chef Ben en ik gebroederlijk naast elkaar in het bakje op 15 meter hoogte de klus te klaren. Iets met stopverf en kit. Helemaal duidelijk staat het me niet meer voor de geest. Toch liet ik het bakje met mijn lichaam even schudden. ‘We gaan eraan’ riep ik tegen chef Ben. ‘Vrouwen en kinderen eerst’ riep chef Ben. We waren helemaal op elkaar ingespeeld.

In de A.J.Ernststraat in Buitenveldert was het plaatsen van een nieuwe keuken de opdracht. En in deze keuken moest alles maar dan ook alles weggewerkt worden. Kokers mocht je niet meer zien. Afvoeren, leidingen, alles moest weggewerkt worden. Ik ben daar heel wat creativiteit kwijt geraakt maar het leverde me niks op.

Plafondplaten vervangen was het credo. Dat moest gebeuren bij een reklamebureau in de Wibautstraat. Het was een enorm gebouw. Ome Willem en ik hebben daar weken werk gehad. Wanden verplaatsen, ruimten vergroten, ruimten verkleinen, plafonds aanpassen. Jezus, wat een onzinwerk. Gewoon nutteloos en geldverspilling. Net als die reklame.

Buyskade
Bij een machinefabriek aan de Buyskade zijn de vloeren van houten blokjes die met de kopse kant naar boven staan. Ome Willem en mijn persoontje hebben dat werk persoonlijk ondertekend. Het was een frustrerend werk. Want elk blokje moest ingesmeerd worden met lijm en tegen het vorige blokje geduwd worden. Als dan een hele vloer klaar was moest hij vlak geschuurd worden. Op die vloeren werden dan weer machines geplaatst. Voor het vloeren hadden we aan de werkplaats de blokjes op maat gezaagd, dus we kenden elk blokje al persoonlijk. Als we een blokje met een afwijkende kleur weer tegen kwamen zeiden we dan ook: ‘hé, jij ook weer in de buurt?’

De gesloopte machinefabriek Mahez aan de Buyskade

Geen opmerkingen:

Een reactie posten