Ome Willem
Vaak heb ik gewerkt
met ome Willem. Veel heb ik ook van hem geleerd. Hij was ongeveer vijftien jaar
ouder dan ik en had natuurlijk veel meer ervaring. Hij had het ook in zijn
vingers. Wat zijn ogen zagen maakten zijn handen. Hij had één, in mijn ogen,
nare eigenschap. Dat was, dat hij het vanzelfsprekend vond dat ik net zoveel
wist van het vak als hij. Als ik iets stuntelig deed keek hij me aan alsof hij
water zag branden. Dan zei ik: ‘Man maak je niet druk, er is niemand die het
ziet en weet.’ Daar kon hij niet tegen. Hij was een perfectionist. Maar ik zat
er mee. Wat in mijn ogen prima in elkaar zat was in zijn ogen prutswerk.
Ome Willem was onder
het werk altijd serieus. Ja, als vakman moet je natuurlijk serieus overkomen op
de klanten. Als ik het nu achteraf bekijk, was hij zeer zeker geen lolbroek.
Nee, het was geen schaterkont? Maar als er een knappe vrouw in de buurt was
veranderde hij van humeur, als een kameleon van kleur. Misschien kwam dat omdat
hij vrijgezel was, de eeuwige vrijgezel. In een loslippige bui heeft hij mij
eens verteld dat de betaalde liefde hem meer trok dan de huwelijkse staat. Geen
gesodemieter en zo met stofzuigen en al die andere narigheid! In zulke schaarse
momenten liet ik hem weten dat het geen verschil maakte. Alleen dat hij contant
betaalde aan ‘zijn’ vrouw, en ik aan het eind van de maand als mijn loon op de
giro gestort was. Geintje!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten